Acht-, vijf- en tienpuntige ster vouwen

Met zijdevloei- of vliegerpapier

Een mooie transparante ster in het raam geeft ons licht en gezelligheid in deze donkere tijd.

In het 'Seizoenenknutselboek' vind je een hele verzameling prachtige transparante sterren om zelf te maken. In deze aflevering worden hiervan enkele eenvoudige voorbeelden aangeboden, allen uitgaande van de basis van de achtpuntige ster.

Je kunt zijdevloeipapier gebruiken, voor subtiele kleuren, of vliegerpapier, dat is wat sterker, en toch ook heel mooi.

^{afb. a}

Eenvoudige achtpuntige ster (afb. a)

* 8 vierkante vouwblaadjes van bijvoorbeeld 7,5x7,5 cm

Bij sterren met vierkante vouwblaadjes is de diagonaal de centrale vouw. Ga te werk volgens de stappen op afb. b:

^{afb. b}^{afb. c}

Vouw de blaadjes eenmaal diagonaalsgewijs dubbel zodat de punten B en C op elkaar komen en vouw de beide helften weer open.
Vouw de punten B en C naar binnen tegen de diagonaal aan; plak ze met een beetje lijm vast.
Plak de ster voorzichtig in elkaar door de niet-gevouwen onderkant (D) van de tweede sterpunt tegen de diagonaal van de eerste te plakken (afb. c ).
Ga zo door tot alle punten aan elkaar geplakt zijn (afb. a ).

^{afb. d}

Achtpuntige ster (afb. d)

* 8 vierkante vouwblaadjes van 7,5x7,5 cm

De hiervóór beschreven achtpuntige ster was eenvoudig te vouwen. Met een enkele wijziging kan het hele patroon van de ster veranderen (afb. d).

^{afb. e}

Maak bijvoorbeeld na stap 1 en 2 (afb. b) een extra vouw (afb. e) : klap daartoe de twee flappen met de punten B en C weer open en deel ze in tweeën; vouw ze daarna naar binnen en plak ze vast.
Plak daarna de ster in elkaar volgens afb. c

^{afb. f}^{afb. g}

Eenvoudige tienpuntige ster (afb. f)

* 10 vierkante vouwblaadjes van 7,5x7,5 cm

Vouw de sterpunten op dezelfde manier als bij de achtpuntige ster (afb. b, stappen 1 en 2).
Plak vervolgens de ster in elkaar door de niet gevouwen onderkant van de tweede sterpunt een stukje over de diagonaal van de eerste heen te plakken (afb. g, stap 2) . Daardoor ontstaat het stralenpatroon in het hart van de ster.

^{afb. h}^{afb. j}

Vijfpuntige ster (afb. h)

* 5 vierkante vouwblaadjes van 7,5x7,5 cm

Maak een wijziging in het patroon van de ster van afb. d door niet acht, maar vijf sterpunten te vouwen.
De overlap van de afzonderlijke punten van de ster is niet meer een halve gevouwen punt, maar slechts een fractie daarvan (10-12 mm). Zie afb. j, stap 2. Hierdoor ontstaat in het midden een stralenmotief.

^{afb. i}

Tienpuntige ster (afb. i )

Bij verdubbeling van het aantal sterpunten voor een tienpuntige ster ontstaat het prachtige motief van afb. i.
Er zijn twee manieren om van een vijfpuntige naar een tienpuntige ster te gaan.
De meest eenvoudige manier is om twee vijfpuntige sterren te maken en die op elkaar te plakken.
Een exactere methode is: plak eerst een vijfpuntige ster in elkaar en plak daarna de overige vijf punten één voor één tussen de punten van de reeds gevormde vijfpuntige ster.

Bron: